Een A++++-woning krijgt volgens het vernieuwde Woningwaarderingsstelsel (WWS) straks tien extra punten. Eén treetje lager, een A+++-woning, is sprake van negen extra punten. Bij een woning met een F-label is niet langer sprake van vier pluspunten, maar van vijf minpunten. En voor een woning met een G-label is een aftrek van tien punten voorgeschreven. Dat blijkt uit de maandag door minister De Jonge voor Wonen voor consultatie gepubliceerde modernisering van het puntenstelsel.
De grote lijnen van het nieuwe WWS waren al bekend. Ook de aanwezigheid van buitenruimte leidt tot toekenning van extra punten. Een balkon tot 5 m2 is goed voor twee punten en dat loopt bij een buitenruimte van 20 m2 tot 25 m2 op tot negen punten. In het oude stelsel gold voor alle buitenruimte tot 25 m2 slechts een waardering met twee punten. Wie over een tuin beschikt van 50 m2 tot 75 m2 ziet het aantal punten verdubbelen naar twaalf punten. Het ontbreken van privé-buitenruimte leidt onverminderd tot een aftrek met vijf punten.
Wet Betaalbare Huur
De wijzigingen in het Woningwaarderingsstelsel vallen samen met de publicatie van de wet Betaalbare huur. Tezamen moeten zij, aldus De Jonge, ervoor zorgen dat de huurprijzen in verhouding staan tot de kwaliteit van de woning. Begrenzing van huren is nu nog beperkt tot sociale huurwoningen. Voor woningen tot en met 141 punten mag maximaal 808 euro per maand worden gevraagd. Met de uitbreiding van het puntensysteem gaat huurprijsbescherming gelden voor woningen tot en met 186 punten. Zo wordt voorkomen dat woningen alleen door een hoge WOZ-waarde in het vrije segment kunnen worden verhuurd. 187 punten komt overeen met een huurprijs in 2024 van 1.123 euro. De regulering geldt voor nieuwe huurcontracten en zo lang er schaarste heerst. De noodzaak van regulering wordt om de vijf jaar geëvalueerd.
Boetes
Door het WWS dwingend te maken, zijn verhuurders verplicht zich te houden aan de maximale huurprijs. Volgens De Jonge is die verplichting nodig, omdat nu al meer dan de helft van de private huurwoningen te duur wordt verhuurd. Gemeenten worden verantwoordelijk voor toezicht en handhaving. Verhuurders riskeren straks een bestuurlijke boete als zij een te hoge huurprijs vragen. Die boete kan fors oplopen, zeker als een verhuurder meermaals in de fout gaat.
De wet geldt straks voor zowel bestaande bouw als nieuwbouw. Voor nog op te leveren nieuwbouwwoningen geldt gedurende tien jaar een opslag ter hoogte van vijf procent van de maximale huurprijs. Dit geldt voor middenhuurwoningen die worden opgeleverd na 1 januari 2024 en waarvan de bouw is gestart voor 1 januari 2025.